Eigen risico is het halve verhaal in de torenhoge stapel van zorgkosten
Mensen met een beperking of chronische ziekte hebben vaak hoge zorgkosten. Die kosten zijn de afgelopen jaren verdubbeld. Met name eigen bijdragen voor zorg, ondersteuning en hulpmiddelen zorgen voor een enorme stapeling van zorgkosten. Toch is in de politiek en in de media vooral aandacht voor het eigen risico van de zorgverzekering, terwijl het eigen risico in veel gevallen slechts een deel van de stapel vormt.
De Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen (NVZ) stelt vandaag voor om het eigen risico te vereenvoudigen en voor kleine behandelingen te verlagen. Een plan dat goed uitpakt voor mensen die zelden gebruik maken van zorg. De twee miljoen Nederlanders met een handicap of chronische ziekte zullen hun eigen risico ook in de nieuwe opzet volledig opmaken en hebben er dus niks aan.
De discussie over de onbetaalbaarheid van zorgkosten dreigt nu bovendien alleen te gaan over het eigen risico. Dit is slechts het halve verhaal. Grote groepen mensen met een beperking of chronische ziekte moeten dag in dag uit de rekensom maken of zij de eigen bijdragen nog kunnen opbrengen. Het bedrag dat zij per maand kwijt zijn aan eigen bijdragen, is soms even hoog als wat ze per jaar aan eigen risico betalen.
Plannen om zorgkosten te verlagen moeten vooral gericht zijn op de groepen die de meeste kosten maken en moeten uitgaan van wat mensen kunnen opbrengen. Dit betekent een maximum van het totaal aan eigen bijdragen voor de zorgkosten, gebaseerd op het besteedbaar inkomen van mensen.
Hoge zorgkosten hebben grote gevolgen. Mensen raken in de schulden of zien af van zorg, wat kan leiden tot verergering van klachten. Een structurele verlaging of afschaffing van het eigen risico is een stap in de juiste richting maar nog lang niet genoeg voor mensen die langdurig, soms hun hele leven, zorg nodig hebben. Dat is het hele verhaal.
Lees meer over het thema “Gelzaken” op de site van Ieder(in)
Koopkracht
Veel mensen met een beperking hebben door hun handicap of ziekte meer financiële zorgen dan mensen zonder beperking. Zij hebben minder vaak een baan, zijn vaker afhankelijk van een uitkering en werken vaker parttime. Een ziekte of een handicap brengt bovendien vaak extra kosten met zich mee, die niet altijd worden vergoed.
Artikel 28 van het VN-verdrag Handicap stelt dat mensen met een beperking en hun gezinnen recht hebben op een behoorlijke levensstandaard. De laatste jaren is de inkomenspositie van mensen met een beperking verslechterd ten opzichte van de rest van de bevolking. Ieder(in) vindt dit onacceptabel. Voor velen komt het meedoen aan de samenleving door geldgebrek in gevaar. Ieder(in) vindt daarom dat het tijd is voor een structurele verbetering van de inkomenspositie van mensen met een beperking.
Onderzoek
Ieder(in) laat jaarlijks met Prinsjesdag het Nibud onderzoek doen naar de koopkrachtontwikkeling van mensen met een beperking. Met dit onderzoek laten wij zien wat de inkomensgevolgen zijn van nieuw beleid voor onze achterban. Bij de media en politiek is er altijd veel aandacht voor de uitkomsten. Mede dankzij dit jaarlijkse onderzoek is de inkomenspositie van mensen met een beperking een belangrijk en steeds terugkerend thema geworden in het politieke debat.
Partners
Ieder(in) is lid van de Sociale Alliantie. Met de leden van deze alliantie – vakbonden, Raad van Kerken, Humanitas – maken wij ons sterk voor het bestrijden van de armoede in Nederland en het tegengaan van steeds nieuwe bezuinigingsmaatregelen voor financieel kwetsbare mensen.